Door het fraaie voorjaarsweer verliep de bloesemfase vrijwel overal probleemloos en preventief behandelen tegen ziekten konden tot juni worden uitgesteld. Juni was echter afwisselend warm en nat, maar die juni-regens hielpen juist de hitte van juli (35-38oC wat niet ongewoon is) door te komen. De trossen hangen er nu gezond bij en de volumes zijn goed, zeker in de Noord Rhône.
Het zuiden, m.n. de Gard (Châteauneuf-du-Pape, Lirac, Tavel) werd geconfronteerd met ‘black rot’: een hardnekkige schimmelziekte die zich bij warm en vochtig weer ontwikkelt en een oogst compleet kan verwoesten. Met koperbehandeling is deze ziekte zo’n 40% terug te dringen, maar alleen chemische bestrijdingsmiddelen (niet toegestaan in biologische wijnbouw) zijn 100% afdoende. Om de schade te beperken heeft een aantal biologische producenten het bio-keurslijf verlaten. Voor hen dus geen certificering dit jaar. Een bittere pil, want het is juist het achterwegen laten van behandelingen in het voorjaar wat de jonge loten vatbaar heeft gemaakt voor black rot. En omdat de sporen makkelijk overwinteren, bestaat het risico dat dit probleem zich niet alleen tot dit jaar beperkt.
Waar de rot niet of beperkt heeft toegeslagen, zijn ook hier de volumes goed. Daarbij was juli (i.t.t. vorig jaar) voldoende warm om de grenache noir goed te laten ontwikkelen. Het ziet er dus belovend uit, maar de laatste 3-4 weken van rijping bepalen de uiteindelijke kwaliteit.